De grootoorvleermuis
"In Noord-Holland komt de grootoorvleermuis met name voor in de binnenduinrand"
De grootoorvleermuis is één van de elf soorten vleermuizen die onze provincie telt. Met zijn grote oren is het een opvallende verschijning. Hij komt op verschillende plekken voor, waaronder op Buitenplaats Leyduin, waar alle faciliteiten aanwezig zijn die deze vleermuis nodig heeft.
Door Kirsten Dorrestijn
Fluisteren
Zijn naam zegt het al: de gewone grootoorvleermuis is herkenbaar aan zijn grote oren. Ze zijn ruim 3, soms wel 4 centimeter lang. Met het blote oog, in het donker, is dat niet te zien. En als hij in winterslaap is, vouwt hij zijn oren onder zijn vleugels. Waarschijnlijk doet de grootoorvleermuis dit om te voorkomen dat ze bevriezen, en zodat hij geen warmte via zijn oren verliest. Voor de grootoorvleermuis zijn zijn oren extra belangrijk, omdat hij een zachte sonar heeft: hij ‘fluistert’. Daardoor is hij lastig waar te nemen met de batdetector (vleermuisherkenner). Door te fluisteren, hoopt hij dat nachtvlinders hem niet horen: sommige motten laten zich namelijk direct vallen als ze een vleermuis horen. Bijzonder is dat de grootoorvleermuis het geluid uitstoot via zijn neusgaten en niet via zijn bek.
Bidden
Anders dan de hoefijzerneuzen of de bladneuzen heeft de grootoorvleermuis een gladde, ronde neus: hij behoort tot de familie van de ‘gladneuzen’. Zijn snuitje is roze tot bruin. De grootoorvleermuis jaagt met een wendbare vlucht op insecten en grijpt die met zijn bek van bladeren of uit de lucht. Ze jagen boven bospaden, in lanen en laag boven kruidenveldjes, maar ook op zolders of stallen met vee. De grootoor is één van de weinige soorten vleermuizen die stil kan blijven hangen (‘bidden’) om insecten van bladeren te pakken. Wat grotere prooien zoals nachtvlinders nemen ze mee naar hun hangplaats om die daar op te eten. Zo’n hangplaats (een boomtak of plafondbalk) is herkenbaar aan de vleermuiskeutels en afgebeten vlindervleugels eronder.
Buitenplaats Leyduin
In het voorjaar en in het najaar baltsen de grootoorvleermuizen. Mannetjes proberen dan vanaf hun hangplaats luid roepend de aandacht van een vrouwtje te trekken. Dit geluid is met het blote oor te horen: het klinkt als het tikken van een horloge. De piek van de paaractiviteiten ligt rond eind augustus. Na een korte periode van opvetten gaan de vleermuizen daarna, als de temperatuur ’s nachts onder de 5 graden daalt, in winterslaap. In Noord-Holland komt de grootoorvleermuis met name voor in de binnenduinrand, maar ook verspreid over de rest van de provincie. Buitenplaats Leyduin biedt alle voorzieningen die deze vleermuizen nodig hebben: er zijn bomen met holtes en gebouwen om in te paren en jongen te krijgen (kraamverblijven), en de ijskelder wordt elk jaar gebruikt als overwinteringslocatie. Met dit doel zijn in de ijskelder speciaal voor de vleermuizen blokken steen neergezet waar ze tussen kunnen kruipen.