Succesformule: vliegende jagers met hoge precisie
Een halfjaar lang gezoem bij het water
Het voorjaar leek afgelopen tijd al zomers, maar die is nu pas net begonnen. Dat betekent dat steeds meer planten en dieren opvallen doordat ze juist nu actief zijn. Grote kans dat je al een platbuik, viervlek, glassnijder of paardenbijter langs hebt zien vliegen. En nee, dit zijn geen verzonnen namen, maar allemaal libellensoorten! Libellen zijn echte zonaanbidders en kun je bij goed weer een groot deel van het jaar zien, ongeveer vanaf mei tot en met oktober aan toe. In vele groottes en kleuren zoemen ze soms voorbij. Nederland telt zo’n 70 libellensoorten. Ze leven in allerlei verschillende soorten landschappen: van rivier- tot laagveengebieden, maar zeker één ding hebben ze met elkaar gemeen: Er moet water in de buurt zijn. Libellen komen steeds meer onder de aandacht bij natuurliefhebbers, maar wat zijn dat eigenlijk voor bijzondere beestjes?
De libel in Nederland
Wereldwijd gaat het niet goed met de libellen. In Nederland gaat het gelukkig wel minder slecht met de libel dan in veel andere landen, maar ook hier staan een aantal soorten op de Rode Lijst. In Nederland, en in Noord-Holland, zijn er veel waterrijke gebieden en de kwaliteit van ons water is de afgelopen jaren op veel plekken verbeterd, dat heeft geholpen. Echter, verdroging, verzuring en vermesting zijn wel gevaren en zorgen op sommige plekken in Noord-Holland voor een afname van libellen. Verdroging wordt versterkt door klimaatverandering: In de winter wordt water snel afgevoerd en in de droge zomers kunnen zo watertekorten ontstaan. De waterkwaliteit kan in sommige agrarische gebieden ook sterk achteruitgaan door de uitspoeling van voedingsstoffen uit mest en soms bestrijdingsmiddelen. Dat water is cruciaal voor de levenscyclus van libellen.
Onopvallend op de bodem, extravagant in het luchtruim
Vrouwtjeslibellen leggen hun eitjes in of net boven het water, vaak op zachte waterplanten of in de bodem. Het grootste deel van hun leven, brengt een libel onder water door, als larve. De larven zijn echte jagers en eten kleine waterdiertjes. In het water leven de larven één of enkele jaren, in tegenstelling tot de imago’s (de volwassen vliegende insecten): die slechts enkele weken tot maanden oud worden. Libellenlarven, lijken absoluut niet op hun volwassen libellenuiterlijk. Larven zijn vaak grauw, donkergekleurd en onopvallend, een groot contrast met de gekleurde en vaak metaalachtige uiterlijk als vliegende volwassenen. Na iedere vervelling lijken ze steeds meer op de libel die we rond zien vliegen. Als de larve volgroeid is, gaat deze ‘uitsluipen’: de laatste vervelling. Hij klimt uit het water omhoog, blijft daar stevig zitten en vervelt nog één keer. Een volledig volgroeid libellenlichaam komt tevoorschijn, inclusief vleugels, en na een tijdje uitharden, is de libel klaar voor zijn eerste vlucht.
Een ware succesformule: vroeger èn nu
Een volwassen libel heeft eigenlijk twee taken: verspreiden en voortplanten. Door hun goede bouw kunnen libellen grote afstanden overbruggen en op die manier relatief eenvoudig nieuwe vestigingslocaties en partners vinden. Ze hebben vier vleugels die ze, in tegenstelling tot de meeste andere insecten, onafhankelijk van elkaar aan kunnen bewegen. Hierdoor zijn libellen erg wendbaar en goede vliegers. Voor hun energie jagen libellen in de lucht op allerlei insecten en waar dat voor vrijwel geen enkel ander dier is weggelegd, jagen vliegende libellen foutloos op hun prooien. Zelf dienen ze, zowel de volwassen libellen als de larven, ook weer als voedsel voor vissen, amfibieën, vogels, andere insecten en zoogdieren. Zo hebben libellen een cruciale rol in het voedselweb.
Dat libellen een goed bouwplan hebben, blijkt wel uit de fossielen die gevonden zijn. Er zijn restanten van libellen gevonden die meer dan 300 miljoen jaar oud zijn. De vorm en bouw van de fossiele libellen zijn bijna exact hetzelfde als die van de libellen die op dit moment rondvliegen. Het grootste verschil tussen de huidige libel en zijn oeroude voorganger is hun grootte: In het Carboon hebben er libellen rondgevlogen met een spanwijdte van wel 80 cm, de grootste insecten die ooit op aarde hebben geleefd! De grootste libel van het huidige Nederland, de bronlibel, moet het doen met ongeveer een tiende van die maat.
Juffers
Tot slot nog even de juffers, want juffers lijken sterk op libellen, maar zijn ze dat ook? Libellen en juffers zijn sterk aan elkaar verwant, maar zijn wel degelijk verschillend. Er zijn twee makkelijke manieren om ze meestal uit elkaar te houden: de ogen en de zithouding. Bij juffers staan de ogen ver uit elkaar, terwijl die bij een libel vlak bij elkaar of tegen elkaar aan zitten. Ook vouwen juffers hun vleugels dicht als ze ergens op zitten en bij libellen staan de vleugels dan altijd wijd open. Verder zijn juffers een stuk kleiner en slanker.
Het is goed om te zien dat er steeds meer aandacht is voor de libellen. Ze hebben een belangrijke functie in het voedselweb, zijn goede indicatoren om te zien hoe het gaat met een gebied en zijn ook gewoon prachtige dieren om te zien. Die aandacht hebben ze na al die jaren wel verdiend!
Meer weten?
Mocht je je verder willen verdiepen in dit insect, dan kan dat via de vlinderstichting.
Monitoren
Lijkt het je leuk om libellen of andere soortgroepen te monitoren? Kijk dan eens op onze pagina over monitoringvrijwilligerswerk.
Koen Willemsen
Functie
Koen ondersteunt in het begeleiden van zo'n 130 vrijwilligersgroepen. Maar ook vrijwilligers die soorten beschermen en inventariseren helpt hij met alle plezier. Hij deelt graag zijn kennis en enthousiasme met iedereen. Natuurbeheer, ecologie en de veelzijdigheid van de soorten natuurgebieden waar de vrijwilligers werken, hebben volop zijn interesse.