Zuidelijke winden voeren beren naar Noord-Holland
Merkwaardig fenomeen
Vanaf 21 oktober 2022 deed zich in heel Nederland een merkwaardig fenomeen voor: nachtvlindersoorten die normaal alleen in het Middellandse Zeegebied voorkomen, vlogen met de warme zuidelijke winden massaal ons land binnen. Ook in Noord-Holland doken ze op. Ze zijn erg mooi, maar wat moeten we er van vinden? Is het een schrikbarend signaal dat de klimaatverandering flink op stoom komt, of is het gewoon een uitzonderlijk maar normaal verschijnsel? En wat moeten we met alle veranderingen als die structureler zijn?
Van uitzonderlijk verschijnsel naar ware invasie
Ook in het verleden kwam het wel eens voor, dat een zuidelijke nachtvlinder Nederland bereikte. Maar de soorten die we dit jaar plotseling zien, waren voorheen uiterst zeldzaam. Allereerst is daar de prachtbeer. Een schitterend nachtvlindertje dat ook overdag actief is. Tot dit jaar was deze soort in Nederland extreem zeldzaam. Pas in 2006 werd de prachtbeer voor het eerst in Nederland gezien. Daarna waren er om de zoveel jaar sporadische waarnemingen, echter nooit meer dan 3 in een jaar. Wel nam de regelmaat toe. Niemand had verwacht wat er vanaf 21 oktober gebeurde: binnen enkele dagen waren er 14 waarnemingen gemeld, waarvan 5 in Noord-Holland! Bij de prachtbeer mag je dan wel van een invasie spreken.
Een ontmoeting van twee nieuwelingen
Prachtberen drinken hun nectar doorgaans op plantensoorten als ossentong en slangenkruid. Dit jaar bleken ze gek te zijn op het nog uitbundig in oktober bloeiende bezemkruiskruid. Een merkwaardige ontmoeting van twee nieuwe soorten voor ons land. Een die door de wereldhandelsstromen als exoot uit Zuid Afrika ons land wist te bereiken en een die meelift op de klimaatverandering. Een noviteit die een voorbode lijkt te zijn van een reeks toekomstige verrassingen.
België leert wat ons te wachten staat
In België hebben ze daar dit najaar al een voorproefje van beleefd. Daar verschenen niet alleen talrijke prachtberen, in hun kielzog werden onze zuiderburen ook verrast door illuster klinkende nachtvlindersoorten als de (sierlijke) haarbos, het verkennertje, de kosmopoliet (de laatste twee slechts 1 x eerder waargenomen) en de katoendaguil. Wie regelmatig in de natuur is en de ogen goed de kost geeft, kan de borst nat maken de komende jaren.
Voortplanting van de nieuwelingen een kwestie van tijd
In Nederland en ook in Noord-Holland bleef het evenmin bij de prachtbeer. Een andere zuiderling die plots in grote aantallen verscheen was de roodstreepspanner. Eveneens een subtiele schoonheid die vooral in mediterrane ruigtekruidenvelden leeft. Daar gebruiken ze zuringsoorten en varkensgras als waardplant. Planten die ook bij ons voorkomen. Daarom zou je geneigd zijn te denken dat zowel roodstreepspanners als prachtberen zich ook in Nederland moeten kunnen voortplanten. Maar daarvoor is het nog te vroeg. Onze winters worden weliswaar warmer, maar zijn toch nog net te koud om eitjes of poppen van deze vlinders te laten overleven. Het overwinnen van dit euvel lijkt echter een kwestie van tijd.
Een warm pleidooi voor monitoring
Het verschijnen van zuidelijke vlinders, planten en vogels, is een proces dat de volle aandacht van natuurliefhebbers verdient. Doorgaans zie je ze eerst af en toe, dan steeds vaker en in veel gevallen vervolgens op grote schaal. Verscheidene van deze soorten zullen hun plek in onze ecosystemen zoeken. Ze zullen afhankelijkheidsbanden met inheemse en, zoals de prachtbeer laat zien, nieuw gearriveerde of zelfs exoten aangaan. Er zullen nieuwe levensgemeenschappen ontstaan. Het volgen van deze processen door te monitoren wordt spannender dan ooit. Dat hebben monitorende vrijwilligers en beroepskrachten recentelijk al ervaren. Zij zagen de smaragdlibel, de gevlekte witsnuitlibel, de keizermantel, de Cettis’s zanger, de steltkluut, de boommarter, de otter en de bever in Noord-Holland verschijnen. En er is nog veel meer naar onze provincie onderweg.
Er zullen echter ook verliezers zijn: planten, vogels, insecten die zullen verdwijnen. Monitoren is daarom ook urgenter dan ooit. Wil je mede getuige worden, meld je dan aan voor monitoring (ook om hiervoor opgeleid te worden) bij een van de organisaties: de Vlinderstichting (libellen en vlinders), de vogelwerkgroepen, Floron (planten), Ravon (reptielen en amfibieën) en de zoogdierenvereniging.