Vrijwilligersgroepen: wat richt de droogte aan in de natuur?
Voor het derde jaar op rij droogte in het voorjaar
Het lijkt wel een trend of is het toeval? Wat zijn de gevolgen voor vrijwilligersgroepen die al jaren proberen bloemrijke graslanden of (riet)ruigte te ontwikkelen? Komen de orchideeën wel? Of al die andere doelsoorten? En wat moet je doen? Is het een kwestie van afwachten hoe het terrein de droogte doorstaat? Of moet je ingrijpen? Peter Mol deed een belronde langs bij Landschap Noord-Holland aangesloten vrijwilligersgroepen. Wat die te melden hadden was best verrassend.
Bij de Heemshof in Heemskerk is botanisch graslandbeheer activiteit nummer één. Op de vraag of de droogte toeslaat op de bijna drie ha bloemrijke graslanden, antwoordt contactpersoon Sjoerd van der Woude dat het op de meeste delen wel meevalt. "Vooral de vegetatie op kleigrond ziet er nog heel groen uit, ondanks dat de bovenlaag hard is. Maar als je met je vinger er doorheen gaat wordt het al snel vochtig," zegt Sjoerd. Waarschijnlijk is de vele regen van deze winter hiervan de oorzaak. De kleigrond houdt dat vocht goed vast. De zandige delen aan de zuidzijde van het terrein zijn wel dor geworden. "Dit deel ligt dan ook hoger dan de rest. Elders op het zand lijkt er weinig aan de hand. De grote ratelaars zijn gewoon gaan bloeien," aldus Sjoerd. Alleen de pluksgewijs voorkomende rietorchissen zijn nog niet opgekomen. Er treedt ook een positief neveneffect van de droogte op. Het alom aanwezige Engels raaigras lijkt een flinke concurrentie achterstand op te lopen ten aanzien van reuk- en kamgras. Het raaigras heeft net als witbol water nodig om als snelle groeier andere planten te kunnen wegdrukken. "Nu water schaars is, lukt dat niet. Reukgras rukte vorig jaar al flink op, toen het ook heel droog was," zegt Sjoerd. Wij zijn benieuwd of dat proces nu doorzet.
Op het orchideeën paradijs Kennemerstrand, lijkt de situatie evenmin dramatisch. Coördinator Hennie van Miltenburg wijt dat aan de constant optredende kwel. Daar profiteert vooral het zuidelijk deel van het Kennemerstrand van, waar de meeste orchideeën staan. "Door de regen van de afgelopen winter houdt die kwel nog wel even aan," aldus Hennie. "Vorig jaar konden we zelfs vaststellen dat de honingorchis, ondanks de droogte, was toegenomen. We verwachten dit jaar dan ook geen problemen."
Bij de Ruige Hof, net buiten Amsterdam Zuidoost, klinkt beheerster Linda Teunissen eveneens positief. "Ik zie alles er nog goed bijstaan," zegt ze. "Op onze botanisch meest waardevolle delen zijn Spaanse ruiter en Kranskarwij zelfs verdubbeld. In ons veenmoerasje doen veenpluis en moeraskartelblad het eveneens prima. De enige planten die we weinig zien opkomen zijn rietorchis en blauwe knoop." Zo lijkt de ene plant geen hinder te ondervinden, of zelfs te profiteren en lijken anderen het dit jaar te laten afweten.
Vrijwilligersgroep Natuur je Beste Buur beheert op Sportpark Voorland-Middenmeer, een aantal botanische oevers en een vlinderidylle. "Daar ziet het er allemaal nog fantastisch uit," zegt coördinator Els de Vos. De oeverbegroeiingen gedijen dankzij de relatief hoge waterstand die hier door het waterschap is ingesteld. "De vlinderidylle profiteert van een heel ander fenomeen. De naastgelegen sportvelden worden natgehouden door krachtige watersproeiers die tot ver over de idylle spuiten," aldus Els. "Dus groeit en bloeit alles dat het een lieve lust is. Bij aanhoudende droogte zal sproeien echter niet meer gewenst zijn en zal de Idylle het op eigen kracht moeten doen. Op mijn camping bij Hilversum is het heel anders gesteld. Daar zijn veel van de wilde kruidenmengsels die ik ter bevordering van de vijanden van de eikenprocessierups had uitgedeeld, door de droogte niet opgekomen," zegt Els.
Gewoon rustig blijven en kijken hoe je terrein reageert lijkt op dit moment nog altijd het beste devies. Toch zijn er ook heel wat terreinen waar de droogte wel voor problemen zorgt, o.a. waar de waterhuishouding niet goed gereguleerd kan worden. Daarnaast zijn er veel signalen dat op tal van plaatsen weidevogels door de droogte geen voedsel meer kunnen vinden, waar vooral opgroeiende kuikens de dupe van zijn.