Melkveehouder Elmer Kramer ziet voordelen voor gebruik drukdrains in Noord-Holland

Door: Bert Hartman in Nieuwe Oogst d.d. 25 september 2019

Melkveehouder Elmer Kramer in Assendelft ziet voordelen in onderwaterdrainage, ook nu het dit jaar minder droog is dan in 2018. De proef met drukdrains maakt deel uit van het Innovatieprogramma Veen (IPV).

Innovatieprogramma Veen

Met het IPV proberen agrarisch natuurvereniging Water, Land & Dijken en natuurbeheerorganisatie Landschap Noord-Holland de bodemdaling in het veenweidegebied tegen te gaan. Met een praktische aanpak, gestoeld op een economische basis voor de landbouw, vinden experimenten plaats met nieuwe typen van bedrijfsvoering.

Het is het tweede seizoen dat Kramer met de drukdrainage experimenteert op een deel van zijn percelen. Elders zijn nog proefvelden aangelegd in de polder Zuiderveen in het nabijgelegen Nauerna, waar hij landbouwminister Carola Schouten vorig jaar al eens bijpraatte tijdens een werkbezoek. Een van de doelen van de proeven is te voorkomen dat de grondwaterstand te diep wegzakt.

Extreem droog

In het eerste jaar van de pilot was het extreem droog. Deze zomer was ook warm, maar wel veel minder droog dan in 2018, stelt het IPV. De cijfers en grafieken laten zien dat er dit jaar minder verschil zit tussen de grondwaterstanden op de percelen met en zonder drukdrainage.

Kramer: ‘Als het echt een tijd droog is dan moet ik behoorlijk veel water inpompen, bijna continu. Het duurt even voor we het gewenste niveau hebben bereikt. Als dat eenmaal is gelukt, is sturen makkelijker en kan het streefniveau het beste zo lang mogelijk worden vastgehouden.’

Verzadigd

Consequentie van het verhogen van het grondwaterpeil is wel dat het vrij snel nat is als het na een periode van droogte weer regent, merkt Kramer op. ‘De grond is dan eigenlijk al verzadigd. De koeien zakken soms bijna weg. Het is echt een leerproces en ook een gevoelskwestie. Nu is het voor een goede test wachten op een keer een echt natte zomer.’

De geringere verschillen tussen de verschillende percelen waren dit jaar ook op het oog kleiner, schrijft het IPV. ‘Waar de grasmat van de referentiepercelen vorig jaar scheuren en droge plekken vertoonde, bleef die dit jaar redelijk groen. Dat kan worden verklaard door de droge winter: gras maakt in een droge zomer lange wortels om toch nog water te bereiken. In een natte winter sterven die weer af.'

Meer informatie is te lezen op de website van het Innovatieprogramma Veen.