Herfstwandeling tussen Bergen en Schoorl
West-Europa's breedste duingebied
De duinen tussen Bergen en Schoorl lenen zich goed voor een heerlijke herfstwandeling door een landschap dat steeds een ander karakter krijgt. En waarin de hoogtepunten zich aaneen rijgen.
Door: Idde Lammers
De binnenduinrand van Bergen bestaat voor een groot deel uit de Sparrenlaan. Deze laan vormt een harde scheiding tussen de bebouwde kom en het duinbos. Toch voel je je hier meteen in de natuur. De opgewonden kinderstemmen op een schoolpleintje maken plaats voor het vrolijke geroffel van een grote bonte specht. De Sparrenlaan bestaat niet alleen uit levende bomen. Beheerder PWN laat de dode exemplaren, zolang ze geen gevaar vormen, bewust staan. De spechten weten er wel raad mee. In het voorjaar gebruiken ze de holtes om te broeden, nu zoeken ze onder loshangende stukken schors naar insecten, spinnetjes en larven. Overigens is het aantal sparren langs de Sparrenlaan schaars. Het merendeel van de laanbomen bestaat uit grove dennen.
Ritselende merels
Na de eerste bocht maken de dennen plaats voor gemengd bos. Eik, beuk en vooral de berk hebben de herfst al in hun blad. In de al gevallen bladeren zoeken merels naar lekkers. Geritsel verraadt hun aanwezigheid. Ik volg een stukje groen gemarkeerde route. Normaal gesproken maken we voor de wandelroute gebruik van het Wandelnetwerk Noord-Holland, maar het aantal knooppunten in de duinen is beperkt. Dat kan niet gezegd worden van het aantal routes dat PWN in het Noord-Hollands Duinreservaat heeft gemarkeerd. Ik maak dankbaar gebruik van de paaltjes. Door de vele smalle paadjes en kruisingen, waar soms wel zes paden samenkomen, is een ‘misstap’ snel gemaakt.
Mooi contrast
Een houten trap brengt me naar de eerste echte verhoging tijdens de wandeling. Het landschap opent zich. Aaneengesloten bos maakt plaats voor losse plukjes bos. Het zand krijgt de ruimte en ook struikheide maakt zijn opwachting. Het paars van de nazomer is inmiddels verdwenen, maar de aanblik is er niet minder fraai om. De glooiende kalkarme zandheuvels worden niet alleen door struikheide bedekt. Op de open plekken rond de struiken groeit rendiermos. De donkere struiken en het witte mos vormen een mooi contrast.
Beschutting tegen wind
De route loopt een stukje over de Uilenvangersweg. Zouden hier vroeger echt uilen gevangen zijn? Nee, waarschijnlijk niet. Wel zwanen. Die werden vroeger wel ‘huijlers’ genoemd. Het is aannemelijk dat de huidige naam daarvan is afgeleid. Via de Linksche Rand, een begroeide zandrug, kom ik in het duingebied dat in beheer is bij Staatsbosbeheer. Niet alleen het landschap is hier anders, ook de toegangsregels. Bij PWN moet je voor twee euro een dagkaart kopen (overigens het geld beslist waard), bij Staatsbosbeheer is de toegang vrij. En honden mogen in het Staatsbosbeheer-gebied buiten het broedseizoen loslopen. Dit duingebied bestaat voornamelijk uit naaldbomen. Het uitzicht is hierdoor beperkt, maar het biedt wel beschutting tegen een frisse wind. De hoge zandruggen langs de paden geven je soms het gevoel door een kloof te wandelen. Het is wel duidelijk dat de dennen die hier ooit werden geplant om de stuivende duinen aan banden te leggen hun werk goed hebben gedaan.
Schoorlse Nok
Aan het eind van de wandeling is er nog een hoogtepunt, de Schoorlse Nok. Met een hoogte van 48 meter boven NAP behoort deze duintop tot de hoogste van het gebied. Een echte ‘nok’ is het dus niet, maar het uitzicht is er niet minder door. Dit meest oostelijke puntje van het duin heeft wel een ander record in handen. De duinbreedte tot het strand is hier maar liefst 4,5 kilometer, en dat is nergens anders in West-Europa het geval.
Benieuwd naar de route?
De herfst is een fraaie periode voor deze duinwandeling tussen Bergen en Schoorl. Mossen, bessen en paddenstoelen geven het landschap een extra dimensie.